Je moedertaal leer je spelenderwijs, inclusief alle regels. Daarom is het soms ook zo moeilijk om je eigen taal en grammatica te leren: je spreekt je taal al intuitief. Om die kennis om te zetten in consistente regels is gewoon lastig! Andere talen hebben vaak hele andere regels, maar ook veel overeenkomsten met het Nederlands. Soms zijn die ingewikkelder, zoals het Frans en Duits, en soms zijn ze simpeler, zoals het Engels. Maar het belangrijkste is dat de woordvolgorde in zinnen bijvoorbeeld hetzelfde is. En dat is in het Japans nou net niet het geval.
Zinsvolgorde is belangrijk
In het Nederlands heb je een onderwerp, het werkwoord en dan het lijdend voorwerp. Zo bouw je een simpele zin: De kat eet de kaas (wat heel slecht is!). In het Engels is dat net zo: The cat eats the cheese. Omdat zelfs de woorden een beetje op elkaar lijken, hoef je niet veel Engels te kennen om deze zin snel te begrijpen. Maar het Japans keert alles op z’n kop. De woordvolgorde is redelijk vrij, maar volgt toch wel vaak onderwerp, (lijdend) voorwerp en dan het werkwoord achteraan. Dat klink voor ons als Nederlanders zo onlogisch: “De kat de kaas eet/eten”.

En dan zijn er nog ‘woordjes tussendoor’, die op het eerste gezicht totaal willekeurig ergens tussen worden gezet. ‘Wa’, ‘o’, ‘ni’… en ik kan er niet altijd een regel in ontdekken. Dit zijn partikels en worden achter een woord gezet. Deze bepalen de relatie van het woord tot de rest van de zin. In het Nederlands is zo’n woordje bijvoorbeeld: ‘even’ (kijk maar even), ‘maar’ (je doet maar!), ‘misschien’ (Dat kun je misschien proberen). Wanneer iemand Nederlands leert, zijn dit ook ‘rare’ woorden. Mijn gozer had er een beetje last van om deze woorden letterlijk naar zijn moedertaal Engels te vertalen, maar dan kwam je al snel op een totaal andere betekenis. Zo zie je maar dat taal meer is dan een serie woorden achter elkaar zetten. (So you see but that language more is than a series of words after one another …)
Taal en cultuur zijn verbonden
Is grammatica ook niet heel erg verbonden met cultuur en omgangsvormen? Ik denk van wel. De talen Nederlands en Japans kunnen niet verder uit elkaar liggen, en de cultuur en omgangsvormen ook. Nederlands is direct en duidelijk, tot op het pijnlijke af. Onze taal is daarop aangesloten. Een zin heeft een onderwerp, een werkwoord en dan het voorwerp waar iets mee gebeurt of waar het om gaat. ‘De kat eet de kaas’: heel direct. Je beeldt je eerst de kat in, dan dat die iets eet en dan zie je in je hoofd de kaas (en denk je: ‘Oh nee! Slecht voor haar nieren!’).

Japans is nóg omfloerster dan Engels. Engelsen zeggen bijvoorbeeld wel eens ‘yes, but…’ en bedoelen dan ‘Nee, absoluut niet’. Het Japans heeft vaak opties om aan te duiden dat je iemand met respect aanspreekt, heel formeel. Of dat je een jonger persoon aanspreekt. Of er wordt heel poëtisch iets gezegd om iets onaangenaams zo prettig mogelijk te zeggen. Volgens mij zal je weinig bordjes zien met ‘Niet op het gras lopen’ of ‘stay off the grass’. Ik dacht dat dat soort dingen altijd heel subtiel aangegeven worden, zodat de lezer de intentie begrijpt zonder beledigd te worden. Vooral in het Engels kan de gebiedende wijs soms best dwingend en hard overkomen.
Grammatica is een ding
Eigenlijk mis ik dus een goed boek specifiek over Japanse grammatica. Maar door via mijn oefenboeken en Duolingo kan ik wel al een paar echt zinnen zeggen. Dat zijn wel ‘voorgeprogrammeerde zinnen’, maar het is een begin. Misschien is woordjes leren, en het schrift, nu ook beter, voor ik me aan grammatica waag. Ik kan mijzelf voorstellen in het Japans: ‘Watashi wa Daenelia des’, hoewel ik nog niet zeker weet hoe ik mijn naam zou spellen in het Japans (ook niet mijn echte naam). En ik kan vragen hoe het met je gaat: ‘O genki deska?’ en zelf ook antwoorden dat het goed gaat: ‘Genki des.’

Mijn conclusie voor deze week is dat ik nog wel wat meer woorden uit mijn hoofd moet leren, maar dat ik dan de grammaticale regels in wil duiken. Het Japans is ook niet compleet regelmatig – er is geloof ik geen enkele taal die geen uitzonderingen voor regels kent. Maar als ik meer regels ken en begrijp, hoop ik dat ik ook die serie woordjes tot een echte zin kan maken.
2 reacties op “Dae leert Japans #4: grammatica”
Ontzettend leuk dat je Japans aan het leren bent!
😀 Het is nog best wel ingewikkeld, maar ik heb de tijd. Het is niet dat ik over 4 maanden een examen moet afleggen 😉