We missen onze katten heel erg. Nadat de rode kater was overleden, was het echt stil, want hij was een luide schreeuwer – zeker rond etenstijd. Maar met de kattenprinses en de chihuahua samen was het zeker nog niet rustiger. Toen zij, voor ons heel onverwacht, ook overleed, waren we echt een beetje in shock. We dachten ook helemaal niet aan nieuwe katten. Maar zoals dat wel vaker gaat, er komt een moment dat je daar toch weer aan denkt. Wat zijn nou de voor- en de nadelen van toch weer een kat in huis nemen?
Voordeel van géén kat
Er zijn wat dingen die we minder missen. Het schoonmaken van de kattenbak; opletten op de deur naar het balkon niet openstaat; en gewoon een nachtje of twee wegblijven zonder kattenoppas te regelen. Ook krijgt de hond nu 100% onze aandacht en word ik niet meer vroeg in de ochtend wakker gemaakt door een hongerige kater.
Huisdieren zijn ‘handenbindertjes’. Je moet voor ze zorgen en ze hebben echt aandacht nodig. Katten worden dan wel gezien als ‘makkelijk’, want ze gaan hun eigen gang wel. Maar dat valt best ‘tegen’, als je een beetje sociale kat hebt. Dus we dachten in eerste instantie dat het wel fijn was even katloos te zijn. En misschien, ooit, zouden we wel weer katten uit het asiel halen zoals we eerder deden. Dat werkte prima en je geeft de kat een mooi nieuw leventje.
‘Ik wil geen kitten’ – of toch …?
Eens in mijn leven hebben we kittens in huis gehad, toen ikzelf ook nog een kitten – meisje – was. Dat was geen succes, want mijn ouders werkte allebei en ik haalde net zo lief kattenkwaad uit met mijn nieuwe ‘broertje en zusje’. Het duurde dus niet lang voor duidelijk werd dat dit geen goede match was. De kittens zijn toen naar een beter passend gezin gegaan en voor mij was duidelijk dat een kitten misschien net iets te levendig was. Ik maakte de ‘fout’ nog eens, toen ik zelf 10 uur per dag van huis was en toch een kat wilde. Er was toen geen geschikte kat in het asiel en ik zwichtte voor een lieve witte kitten-kater. Helaas overleed de kater ook te snel met drie jaar. Maar die kitten-periode vond ik weer zwaar.
Maar nu: we werken allebei thuis en we hebben een chihuahua die gewend is aan katten. Hij mist ze net zo goed! En is het dan verstandig om daar een volwassen kat bij te zetten of misschien toch een kitten? Ik weet dat het kan met een volwassen kat, maar is dit niet het allerbeste moment voor ons om een kitten op te voeden? Eentje die echt meteen goed aan de hond kan wennen?
Bij twijfel, goed nadenken
Dus daar zijn we nu. Gaan we voor een kat, een kitten, een asielkat, een raskat? Is een prinsesje weer de beste keuze of een katertje? We zullen niet heel veel nieuwe katten meer nemen in de toekomst. Gebaseerd op levensverwachting, van de katten én van mijzelf, denk ik dat we hooguit nog twee ‘nieuwe’ katten zullen introduceren. En zou het voor de hond niet geweldig zijn als hij een vriendje krijgt dat jong en nieuwsgierig is?
Asielkittens worden eigenlijk alleen per paartje geplaatst. En daar trek ik de lijn. Ik denk aan één kat, die in de hond haar (of zijn) maatje ziet. De hond ziet het verschil niet zo tussen katten en honden: hij begroet katten op straat ook op een rustige manier (eigenlijk met meer respect dan tegen sommige honden!). Raskatten zijn ook een optie, zeker omdat we dan een betrouwbare fokker kunnen kiezen die zelf de kittens met honden socialiseert. Een overhaaste beslissing zal het niet worden. We denken er heel goed over na, zodat het goed bij onze huidige situatie past. Maar oh, wat zijn britse korthaar kittens toch leuk… 😉